Landschap
Het paadje in het landschap
van de grote oude meester
leidt nu ergens anders heen
zijdelings van bomen
wortelend onder olieverf
vervangt een sprietje 
met respect zijn signatuur
wordt de mei langzaam 
maar zeker in haar bloei 
tot staan gebracht
nu ik de contouren van een 
vrouw zie, zittend onder de es
hoe ver is ze van mij 
verwijderd in het lentegroen
in roze en wit en voorjaarsgeel 
voor hem alleen, 
trots aan haar zij 
hoe paradeert zij in het lot 
van iemand anders 
van haar geheimen nog niet 
uitgerust, van binnen vrij
Zou zij me roepen, ik haar horen
en ik me om gaan draaien 
dan zou haar stem en aangezicht als van een vreemde lijken
Ik ken de wereld in een straal 
van zeker zestig mijlen,
toverspreuken voor alle kwalen
doch ken het spelen met het hart 
niet, noch ken ik de naaktheid 
van de vrouw van mijn kind
ik vermoed achter het Hooglied 
geen blauwdruk  
in spijkerschrift gebeiteld
wat ik wens te zeggen ligt 
besloten in mijn zinnen
Al zou je me de weg versperren 
al zou je in mijn ogen kijken
ik loop over de rand van het ravijn, dunner dan een haar
Rechts is jouw huis, 
dat ik rondom ken 
en van binnen 
de deur, de gang 
de trap naar boven
waar zich voltrekt wat ongeschilderd is gebleven
... Parafrase op het gelijknamige gedicht van Maria Wislawa Szymborska ...
Schrijver: MaximInzender: Max de Lussanet, 20 april 2024
Geplaatst in de categorie: bedankt

 Geef je reactie op deze inzending:
Geef je reactie op deze inzending:
Daar blijf ik hangen
Inmiddels al 3x gelezen
Als de taart, waarop de kers