IM (2)
Ze dacht kom op de lente is begonnen
Laat ik ook maar als ware ik een bloem
Mij openvouwen, me daarmee gewonnen
Gaan geven aan wat ik De Hemel noem
Ze sluimerde, haar wereld werd verdonkerd
Ze worstelde zich langzaam naar het licht
Werd aangevuurd, er werd voor haar geflonkerd
Nog even en het einde was in zicht
De Ogen van De Tuinman gingen vonken
Er klonk een welkom uit Onaards Gebied
Zij maakte met haar komst Hem
vreugdedronken
Een Hemelvogel zong een merellied
Geplaatst in de categorie: overlijden