Eschaton
Haar maagdom: een eschatologie van vlees,
Mijn credo, een arcanum in vulkanisch glas—
Subliminaal krimpt de horizon, een wesp van ijzer,
Terwijl de tijd haar memento mori etst in as.
Zij draagt de mantel van een palimpsest,
Ik, kroniekschrijver van vervlogen chtonisch vuur.
De maan, een vanitas in kwikzilver gegoten,
Lacht met de tanden van Erebus:
„Alles is schijn.”
Waarom ontleden wij dit asterisme van leugens?
Waarom verkiezen Lethe boven het mes der metaal?
Liefde is een ephemeris van bloedloos licht—
Geen ziel, slechts Euclidische schaduw op perkament.
Zo rusten wij, twee steles van albast,
Ons zwijgen een monument, een antiphon van last.
17 april 2025
Geplaatst in de categorie: filosofie
En ik kan jouw gedicht wel waarderen.
Vandaar de moeite om het te 'vertalen'.
Dit is slecht één van mijn interpretaties van jouw gedicht.
ongeschonden zijn als finale feit van ‘t lijf
’t geloof dat bedenkelijk in fabrieken ligt
van glas waar hij niet bang is voor geblaf
van wespen uit zijn aars terwijl de tijd
haar herinneringen als as wegsmijt
is hij gekleed in ‘n mantel van perkament
‘n reglement voor aardsvurige tijdsengte
en de maan ‘t levende en lachende zilver
de tanden van de prediker der duisternis
is
de schorpioen zal aan ’t firmament ferm
blijven liegen tegen de geluidsmuren op
van de vergetelheid als liefde ’n vluchtig
sanguinisch verschijnsel is zoals de ziel
‘n afgemeten schaduw in arm hart en hiel
verschijningsvormen verschillen van smaken
daarom kraken zij de belaste standbeelden af
dat is een feit
(ir)reële vectorruimte