Het moest maar eens gezegd worden
Als toegewezen vaandeldrager,
met dank aan het grote inzicht
van de bladzij; de rebellenclub
gedragen in ’t geel-zwarte hert.
Als altijd met de verwachtingen,
hoger dan de Eusebeuse zijn wil:
haar schil verbleekt als de heuse
aard van de heimers aan de Rijn,
als het water aan de lippen komt;
als je oneigenlijke schuld opsomt.
En blijf van het bier af, jij maffe
katteklapper met je natte lap;
als je nooit bij Ratelbandcorner
je bek eerste klasse verbrand hebt,
ben je ook geen keukenkampioen.
Van die ronddartelende prinsesjes,
zonder haartjes op de witte tandjes,
maar handjes vol aan Mariabeeldjes
als schildjes voor zwakkere zieltjes;
die misstapjes uitvergroot terugzien
rondom op de duizenden schermpjes:
op de mat waar niemand beschermd is.
In de stad waar de poffertjeskraam
verleerd is waar zij vandaan kwam,
staat de leider eenzaam op de top,
naast de glazen klok in zijn hemd.
... ik heb dit gedicht gebaseerd op
fantasieën van Sjors (Boesch)
-what's in a name
we hebben potjes gepoold
en gedronken
ik bestelde stiekem alcoholvrij
toch raakte hij beschonken ...
Inzender: Stoker, 2 juli 2025
Geplaatst in de categorie: sport
voor de ingewijden
toch?