Getij dat blijft roepen
Een onvoorstelbare golf
vond ik in jou.
Je nam me mee in je diepte,
waar geen richting te vinden was
en tijd zich uitstrekte
als een draad zonder einde.
Zonder beweging hing ik
in je onderstroom.
Ik voelde hoe water kon trekken,
hoe het mij meenam zonder haast,
hoe ik mezelf verloor
in een kracht die niets vroeg
en alles nam.
Verdwaald bleef ik achter,
drijvend op wat restte.
Met het schuim van je golf
sloot ik mijn woorden,
alsof ze breekbaar waren,
alsof elke klank
kon vallen en verdwijnen
nog vóór hij bestond.
Wat is de rekening
die nog altijd wacht,
onbereikbaar,
onder de breker
van onvoorspelbaarheid?
Misschien ligt hij daar
als iets dat niemand vindt,
misschien verschuift hij
met elke nieuwe golf,
of misschien is hij niets meer
dan het vergeten
dat mij steeds terugroept
naar jouw getij.
Geplaatst in de categorie: verdriet

Geef je reactie op deze inzending: