BALLADE VAN HET AFDRUIPREKJE
Als kind wist ik nog weinig van het leven,
was dus met enig onderricht gebaat.
Ik ging naar school, studeerde daar gedreven
en oversteeg al snel de middelmaat.
Ik leerde jaartallen, en foutloos spellen,
Latijn, en A maal A is A-kwadraat,
geen leraar die mij echter kon vertellen:
wie zorgt voor ‘t afdruiprekje bij de vaat ?
Ik dacht dat ouders wél het antwoord wisten,
maar dat die, pedagogisch zeer kordaat,
met opzet tot geheimhouding beslisten
zodat er nimmer over werd gepraat.
Ik hoopte dat ik later deel zou worden
van dit geheim genootschap, en in staat
te zeggen na het drogen van de borden:
wie zorgt voor ‘t afdruiprekje bij de vaat ?
Veel kennis heb ik mettertijd verworven,
ik weet nu hoe het in het leven gaat,
u kunt me vragen: hoe is Bach gestorven ?
En komt er ooit een Palestijnse staat ?
En hoe kan een atoom worden gespleten ?
Maar toch vertoont die kennis een hiaat,
want één ding kwam ik steeds nog niet te weten:
wie zorgt voor ‘t afdruiprekje bij de vaat ?
Is dat wie afwast, of wie af moet drogen ?
Ik weet het niet, en niemand geeft mij raad.
De keuken dreunt, mijn zoon wordt aangevlogen
door dochterlief, die hem naar ’t leven staat.
Terwijl ze bitter om dat vraagstuk vechten
zou ik zo graag, beslist en adequaat
de generaties oude strijd beslechten:
wie zorgt voor ‘t afdruiprekje bij de vaat ?
Prins Dreft, verlos mij uit dit zinloos lijden,
al dat gezever maakt mij desolaat.
Vertel mij, om die ruzies te vermijden:
wie zorgt voor ‘t afdruiprekje bij de vaat ?
Geplaatst in de categorie: humor