inloggen
voeg je netgedicht toe

Netgedichten

netgedicht (nr. 2.156):

Drenkeling

Terwijl zij de netten uitwerpt
in een wolk van schuimspatten
krijst de drenkeling en hijst zich aan boord,

In de diepte een verzonken stad
onder wuivend wier,
een mossig koord leidt naar het schip
gekraakt in een donderslag
Nu rest er vermolmd hout,
groeien er koralen op de mast,
de oeroude glorie ligt aan scherven
terwijl zijn tranen bederven
langs gestriemde wangen.

Zij bewaart haar kalmte
en buigt zich over de drenkeling,
doordrenkte lompen.
Haar stem blijft echoloos hangen.
Knarsend klinkt zijn dank in vele talen.

Schrijver: Wimper, 1 april 2003


Geplaatst in de categorie: vriendschap

2.0 met 8 stemmen aantal keer bekeken 3.461

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)