verlangen
Jouw amandelogen werden door de kim opgeslorpt
Verbluft keek je dan naar de vuurtongen
Dan dook ik blind in het laaiend rijk
De vermiste ontdekker
Verdriet schaakte je
gevangen binnen schimmige muren
die ik liefhad en vergat.
Brekend als kristal en krijsend
week je voor het duistere eiland
waar de rouw sluimerde
in een herberg van verlangen
in het snijpunt van strelingen
Woelig gretig vond ik de hitte
in versmolten lijven
de rare paring van mogen en opgetogen
happen naar tederheid
Vluchtig als zand in een vuist.
Jij bent bestemming en reis.
Welke pijn heb jij niet verbeten?
Herinner je het slingeren tussen puin en fortuin
het uur van vertrek
Broeierige sterren leken zich te verhangen
aan mijn trillende schaduw
Gedachten vulden de nacht
Herinner je de glans, als vers geld.
Jong holden wij over de glooiing
Boterbloemen knakten onder hoefgetrappel
We vluchtten voor de springvloed
die de kale rotsen slaat en telt.
Geplaatst in de categorie: liefde