een hondenleven
gelaten volg ik aan een korte lijn
ik ben een oude hond onder de mensen
een surrogaat voor nooit vervulde wensen
van een bazin die ruikt naar terpentijn
ze heeft haar vreemde nukken, ik herken ze
aan de blikken als we 's avonds samen zijn
de opgekropte woede, het chagrijn
normale stilte wordt een heel intense
ik slik haar buien al zo lang ik leef
maar soms komt toch de wolf in mij naar boven
dan zou ik willen blaffen: vuile teef
dan wil ik haar verscheuren, woest en koud
doch het verstand zal al die lusten doven
we zijn al bijna veertig jaar getrouwd
Geplaatst in de categorie: lightverse
Ik draag je als dichter al ongeveer anderhalf jaar op handen als ik de sonnetvorm reclameer bij beginnende rijmelaars. Zelf ben ik ook nog altijd een slechte copycat van je werk (De sonnetvorm boeit me mateloos, ook al zal ik haar nooit in de macht krijgen.) Ik heb me wat dat betreft voorgenomen me niet te veel op te hangen aan de regeltjes die anderen stellen. Waarom beperkingen van derden overnemen, als juist de vrijheid van de eigen regels al begrenzing genoeg zijn om te kunnen groeien?
Ik lees je werk ook regelmatig op DB en zie dat je lovende kritieken oogst, doch ook zware kritiek op werkjes zoals deze.
Deze belangrijke vingeroefeningetjes staan snel onder druk, en worden vaak vergeten als de polonaise een dichter meeneemt in de schijnwaarheid van mooie woorden en scherpe opmerkingen, zo het plezier bedervend om vrij te schrijven. Hou voor ogen dat juist dit soort zelfopgaafjes niet alleen aan de basis staan van het betere werk, maar vooral garant staan voor een behoorlijke hap schrijfpret. Laat het criticaster maar buien, het is herfst.