kind van alle seizoenen
vroege vlinder zomaar op mijn hand
gevlogen tovert warempel een jonge
lente, ontluikt vanbinnen het prille
besef van broos geluk
in huppelpas en zonder jas ren ik naar
buiten waar mijn vrije kind weer toeft
in zomerse tijdloze dagen, speels
nog onbevangen
aan de einder wieken ganzen naar verre
oorden, ruist langs nevelig avondrood
hun zachte groet, nestelt mijn weemoed
in kale zwijgzame bomen
heimelijk pluk ik bloemen van kristal
kras een gaatje in bevroren vensterglas
omarm met blije ogen de witte wereld
zie overal verstilde vrede
.
Geplaatst in de categorie: jaargetijden