Verlichte nacht
Met haastig weggedraaid gelaat
schuilen de zonnebloemen voor het poollicht
Het geluid van hoog afgestemde harpen
sterft weg over de juichende steppen van weleer
een schrale wind, een jammerlijk knarpen
omlijst de schepping van de vroegste Ambachtsheer
De engelen, ze zijn wat verlaat
zo dachten de grijzen onder het oostenlicht
Voor een Kind dat de dagen in eeuwen meet
bestaat er geen gisteren of een overmorgen
geen lichaamskleur of hoe men gaat gekleed
Hij weegt slechts liefde, gebed en zorgen
De aardse koning die nimmer iemand binnen laat
buigt nu en wijkt voor de waarheid en het eeuwig licht.
Geplaatst in de categorie: kerstmis