inloggen
voeg je netgedicht toe

Netgedichten

netgedicht (nr. 6.078):

Ter ere van de goedertieren maan

VI.

Als ik te lang gezeten had bij jou,
te weerloos en te dicht tegen je aan,
wist ik dat ik vlug wegmoest daarvandaan,
want van te grote warmte krijg je gauwer kou.

En als ik langer dan een mens verdragen kon
gekeken had naar jou, zo mooi en stralend klaar
dan ging ik duizelen en werd ik raar
zoals van te lang kijken naar de zon.

Dus zit ik nu weer op mijn ouwe kamer
waar alles donker is en koud en klein,
rondtastend naar mijn dingen, bedachtzamer

omdat ze me vreemd geworden zijn.
Ik zoek mijn weg, hou halt, en luister
tot ik weer gewoon word aan het duister.

----------------------------------------------------------------
Edna St.Vincent Millay (1892-1950)
vertaald door Herman de Coninck

Schrijver: Edna Millay vertaald door Herman de Coninck
Inzender: Miro, 23 december 2004


Geplaatst in de categorie: liefde

3.0 met 13 stemmen aantal keer bekeken 1.694

Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Van de Sande Stefaan
Datum:
31 maart 2024
Email:
svandesandetelenet.be
Dit is een van de meest roerende Nederlandstalige gedichten die ik ken over genegenheid, liefde en uiteindelijke eenzaamheid. Ik krijg er telkens kippenvel van, zoals van het "Chanson d'automne" uit de Poèmes saturniens van Paul Verlaine

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)