Zeeën van azuur
Bij gevaar, kruipt de
krab alleen maar weg,
hij is geen lafaard.
Lentezon spreekt aan,
hoog meten ze hun krachten,
mijn leeuweriken.
Een bonte specht,
kiest slechts een simpele stam,
ver van de bloesems.
Bosviooltjes in bloei
wat klinken ze klaar en helder,
kinderstemmetjes.
Bloesem dwarrelt neer,
varen steekt z’n handen uit,
verpakt de zegen.
Eeuwige zomers,
badend in zeeën van azuur,
daar wil ik sterven.
In sterke winden,
waar natuur nederig buigt,
om niet te breken.
Illustratie:
Bron: Paul Martens
Zie ook: http://www.pamapoems.nl
Schrijver: pama, 18 juni 2010
Geplaatst in de categorie: haiku
betekenissen, goed geschreven.