De appel en het paradijs
“Gegeten worden is wat ik wil!” riep
de appel
“In het paradijs deed ik mijn plicht!
Nu zie ik de mens en verzucht
een eeuwige pijn!”
Er komt een eind aan
de schuld van appels (en slangen),
gegeten (en gevreesd) door dames en heren,
die compost verwarren met
het composteren van de geest
De dichter plant een pit
van de Adams appel
en Eva verzoekt hem
herhaaldelijk
Maar de Godheid laat het zaad
groeien tot onmetelijke hoogten
die de appel doet verbleken
Tot in verre streken draagt hij vrucht
Zo vindt de mensheid haar weg
weer terug, eet en neemt en
wordt weer naakt
Dat is waarom de dichter
degene is, die zorgvuldig
over Gods woorden waakt...
Zie ook: http://oermirm.blogspot.com/
Schrijver: Irmlinda de Vries, 12 september 2010
Geplaatst in de categorie: religie