Het huis
Het huis
legt sneeuw in zijn tuin,
spuwt rook uit zijn kruin.
Moeders leggen er hun kinderen,
kinderen leggen weer moeders,
enzovoort,
enzovoort…
en het huis verscherpt zijn blik,
ruiten worden gewassen,
kinderen steekt men in jassen,
laarzen moeten passen,
schoenen moet men boenen.
Ik lach,
reik hem mijn hand,
maar hij heeft me afgedankt,
op de stoep sta ik,
groot vuil,
ik lach,
het huis weet dat ik huil.
Geplaatst in de categorie: familie