Zeeblik
Zie de zee gestaag het land verleiden
door haar lippen vochtig langs de rand
te strelen van het maagdelijke strand
om in diep verzinken te verglijden
en hoe het avondlicht blozende brand
als de zon zich drenkt in de getijden
wolken nevels weven als verscheiden
duinen zwijgen in hun rust verzand
hoog op de keienkade zit een vrouw
haar doffe ogen dwalen urenlang
over de zee en het oneindig blauw
ze hoort het golvenlied als klaaggezang
schrijnend snijden in gevoelig rauw
en blikt verloren naar de ondergang
Geplaatst in de categorie: algemeen
Sprakeloos van bewondering met dit gedicht ben ik.