inloggen
voeg je netgedicht toe

Netgedichten

netgedicht (nr. 52.485):

nocturne

Als de hemel zijn getal heeft
rijst de maan ongenadig
boven de kim.
De pokkelige schijf heerst iel
over de desolate vlakte
waar tussen varens en wat schriel gewas
verdoken leven huivert
om wat komen moet.

Want als de volle maan het goddelijke oog versluiert
ontwaakt het oude bloed
en splijt de wig der waanzin
het broze breukvlak tussen mens en beest.
Hoor hoe wolf en jakhals huilen, in koor,
hun eeuwenoude jammerklacht
tegen de bleekscheet die hun onrust tergt
en het onnoemelijke weer tot leven wekt.

Meedogenloze drift jaagt hem
de heuvel af, de vlakte in.
De angst verkilt het land:
de dood rijdt op zijn rug.

Paniek verdwaast een hertekoe
die opschrikt uit haar ligstee.
Het hupse silhouet geëtst
tegen de vale maan.
Een trage fractie slechts van tijd
spelt onherroepelijk haar lot.

Scherp bijten tanden door haar huiverende nekvel.
Zij struikelt zijwaarts, valt.
De weke hals haast sierlijk aangeboden
voor de fatale beet.
Dorens schuren huid
als hij haar meesleurt in de struiken.
Zijn muil graaft gretig
in de lauwte van haar buik.
Het ongeboren kalf lilt zwakjes.

Tot wolken schuiven voor de maan
en duisternis erbarmen biedt
verstilt het koor van wolf en jakhals niet.
Dan keert hij om, voldaan
maar onverzadigd en versuft.
Verzinkt in slaap. Vergeet.
En als de zon het oosten kleurt is hij
weer wolf onder de wolven.

Als de hemel zijn getal heeft
rijst de maan weer boven de kim.

Schrijver: marcel bulckaert, 24 juli 2014


Geplaatst in de categorie: overig

3.0 met 4 stemmen aantal keer bekeken 105

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)