Fenomeen
We voelden druppels
terwijl het blauw en droog
Keken omhoog en zagen
‘t smalle blad van wilgen
waarop diamanten lagen glinsteren,
verkoelend in de hitte
In ‘t meer regende het
drup voor drup
Ik stond met open mond
om op te vangen hoe de smaak
Ze vielen in mijn nek,
op handen, armen,
niet in mijn mond
‘k likte mijn polsen af
Als er watersnood,
weten we een plek
Transpirerend blad,
jij ‘t een wonder vond
Later, toen je in mijn armen lag,
dacht ik
als een wilg en ‘t blad ben jij
buigzaam, sierlijk, slank en sterk
helpt te overleven
Geplaatst in de categorie: natuur