Een gedichtje over de ontbrekende sterren
Liggend in mijn verlichtende bed,
kan ik de sterren niet zien,
neem geen flikkerende lichtjes waar
aan het vaak verdichte firmament,
noch op het bolle plafond
van mijn bovenkamer.
Ook slaat de regen
de dromen dood,
gejaag komt van alle kanten
tegelijk;
mijn honger, ongestild
dreigend als de razende wolken,
berijdt de op hol geslagen strofen,
als wonderbaarlijke gezangen uit nood,
in deze overspannen tijden.
Maar dit gaat niet over
voldoende vlijt, en
vorm, inhoud of stijl,
om het ritme van De Zin
voor te leven;
of een storm werkelijk heeft bestaan,
wel of niet is gaan liggen.
Als ik mijn nek uitsteek,
mag ik net door het schuine raam,
tussen het dichte dek door,
één of twee sterren verwachten.
Maar of ik ze te zien krijg,
ze überhaupt verdien:
daarvoor ben ik overgeleverd
aan de willekeur
en het wisselvallige humeur
van hen die zich goden wanen
over het sterrenregime.
... [jul2025]
met dank aan M. ...
Geplaatst in de categorie: heelal
waar licht had moeten zijn —
je woorden dwalen als sterren
door een hemel die weigert
zich open te stellen.
Pijnlijk mooi, troostrijk duister.
Catherine