CYCLUS
De spiegel gaf mij weer met jouw gezicht
als stonden wij elkaar weer tegenover.
Wij hingen in het koude glas voorover
en maten van elkander het gewicht.
Stil, om wat van de ander werd vermist
in onbewust of onbedoeld vervagen
van alle al vanouds gevlijde lagen,
waarmee de tijd kon worden uitgewist.
Je tastte langzaam naar mijn hand jouw hand
om wat ons scheidt wanhopig te weerleggen,
je mond bewoog om wat ik wilde zeggen:
wij blijven in dit spiegelbeeld gestrand.
Geplaatst in de categorie: tijd