inloggen
voeg je netgedicht toe

Netgedichten

netgedicht (nr. 44.610):

Bramenplukgeluk

Ik dacht nog na over een passage in een interview
met de noordelijk gerichte wegstreepdichter Bernlef,
die ook alweer vijfenzeventig nog wat ballen opwerpt
die in jeu-de-boules weg zouden zakken naar het magma
in het binnenste der aarde. Lekker peu!
Ik vond 'Leaves of Grass' van Whitman ineens een farce
en ik besloot er eindelijk de waarheid over te uiten!
Over de roem van Victor Hugo was ik ook niet helemaal
meer zeker, want die fantast heeft riant en overdadig
geleefd en vast zijn woordenstroom gekaapt van arme
lieden, die door hem spiritistisch zijn leeggeroofd.
In Joyce zag ik ineens een demonisch loeder en van
de rijmdwang van Hollandse amateurdichters kreeg ik
ineens alarmerende hartkloppingen.

Ik moest eruit en dus fietste ik met mijn zinken emmer
richting het Goudse Hout, waar ik nog een uitstekende
plek ken, waar de bramen voor het oprapen hangen. Elders
zijn ze overwoekerd door torenhoge brandnetels en ander
kruipgroen. Ik ging al snel op in de prachtige natuur en
een vlinder eiste mijn aandacht op. Braam voor braam
ging in mijn emmer en ik had de bijen en wespen
lief, de vliegen en springdiertjes, de slakken.

De stekels van de braamstruiken staken in mijn armen,
wisten bloed te decoreren, prikkelden mijn scheenbenen,
die de hoge prikstengels probeerden te vertrappen, zodat
ik de sappigste bramen kon plukken. Het zweet gleed langs
mijn zwoegende lichaam en ik genoot met volle teugen, meer
nog dan later met mijn Chardonnay en exclusieve brie.

Een begripvolle wandelaarster met een Engelse hypehond
groette me vriendelijk en droomde van mijn sexappeal,
maar ik tolde van andere passie en de elegante jogster
met de zwiepende paardestaart flirtte eveneens, maar
ik kreeg enkel potentie van mijn gevulde emmer.

Bij een leegstaand, te koop staand, vrijstaand huis, zag
ik een laveloze zwerver rammelen aan de kettingen, die
het huis bewaakten. Ik denk dat hij nu en de komende tijd
daar een ietwat veilige slaapplek heeft gevonden, totdat
de brave burgers om hem heen hem verraden bij de politie
en hij zijn heil weer elders moet zoeken, eeuwig
opgejaagd en nooit in warme armen gesloten.

Ik ben naar hem toe gelopen en ik heb hem een handvol
bramen gegeven. Hij huilde en hij kuste mijn hand.
Ik kon mijn geluk niet op, net als hij.

Schrijver: Joanan Rutgers, 15 augustus 2012


Geplaatst in de categorie: psychologie

4.0 met 3 stemmen aantal keer bekeken 231

Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Marije Hendrikx
Datum:
16 augustus 2012
Wat is de werkelijke grootheid van sommige 'grote' dichters lees ik uit jouw prozaïsche woorden.
Jij gaat de natuur in om bramen te plukken, waar je zintuigen in hun essentie letterlijk, natuurlijk en eerlijk aangeraakt en geprikkeld worden. De laveloze opgejaagde man die rammelt aan de kettingen van het huis krijgt een handvol van waar het in het leven werkelijk over gaat. Graag gelezen.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)