Vragen aan de Spiegel
Wie ben ik, als de wind mij niet meer noemt,
als ’t werk verstilt en ’t oog mij niet meer mint?
Een bloemeke, dat geuren kan alleen
in ’t donker, waar geen mens haar naam herkent.
De zin? Hij drupt als dauw op ’t morgenblad,
geschonken door een hand die ik niet zie.
De tijd bepaalt waar ’t zaadje vallen zal –
ik buig, en voel wat hij mij fluistrend laat.
Wat blijft, als ’t gras mijn voetstap weer vergeet?
Een klank, een traan, een lied in ’t waterklaver.
Al wat ik bouw, ’t vergaat als koorn in ’t zweet –
alleen Uw adem waait, eeuwig en draver.
Vrij? Als de beek, die danst maar volgt haar bedding,
bespeeld door licht en nacht, door grond en wetten.
Het leed is ’t mes dat ’t wilde hout geneest –
de wonden bloesemen waar gij naar ziet, betreên.
Is er een doel? Het glinstert in het slijk,
in ’t spinrag dat zijn valse glimlach vlecht.
Echt leven is geen groei, maar ’t gras dat kreunt
waar hij, in ’t duister, met zijn vingers knecht.
Ik ben het niet, die spreekt of denkt of doet –
ik ben de klank die in uw eeuwigheid verglijdt,
een veertje, opgeheven door uw wind,
die dwarrelt… en verglijdt in ’t eindloos nacht.
... Deze vragen raken aan de kern van het existentialisme, Wie we zijn los van acties en percepties van anderen raakt aan het concept van het zelf – een fluïde, niet-vaststaande entiteit, vragen over vrijheid vs. determinisme, of de aard van lijden ...
Schrijver: Bart Devoldere12 april 2025
Geplaatst in de categorie: psychologie
Eigenlijk een show van
onmogelijkheden.