Park
Op een bank ik het park
komt een man naast me zitten
Zijn handen verdrinken
in een lange grijze jas
Zijn hoofd verdwijnt
in zijn rechtopstaande kraag
Hij kijkt naar spelende kinderen
Eens, in een vorig leven
liep hij daar tussen, spelend, roepend
Ver weg van de echte wereld
Achter de donkere glazen van zijn bril
zie ik nietszeggende ogen
Ze zijn als een spiegel
met daarachter een grijze leegte
Zijn gezicht is doortrokken
van diepe rimpels
Elke streep zijn eigen verhaal
Elke streep zijn eigen verdriet
Ondertussen valt de regen uit de grijze hemel
Druppels lopen over zijn gezicht
Net als verbitterde tranen
om lang vervlogen tijden
De kinderen zijn weg
Schuilend voor de regen
Op het ritme van de neervallende druppels
valt er een breekbare stilte
De man staat langzaam op
Met gebogen schouders vervolgt hij zijn weg
Draagt hij zijn verleden
Als een last met zich mee
Hij wordt kleiner en kleiner
en verdwijnt tenslotte tussen de bomen
Op de plaats waar de man daarnet nog zat
wissen dikke druppels elk spoor van zijn aanwezigheid weg
... Geschreven als tiener, toch al enige tijd geleden ;) ...
Schrijver: Tom, 3 december 2025Geplaatst in de categorie: eenzaamheid

Geef je reactie op deze inzending: