Spoorloos
Ze liep vaak door het bos
Door dorre lanen
Met triestheid in haar ziel
Waar ook haar hartstocht sliep
Geen ruimte was voor tranen
En dacht aan eigen leven
Waarin geen vogel voor haar zong
Die zij kon horen
geen warmte haar omringde
of om haar werd gegeven
en zij ook niemand kon bekoren
Tot op een dag een kar zijn sporen trok
Met op de bok een vreemde vent
Daar is zij voor het laatst gezien
waar zij gebleven is,
is verder onbekend
Geplaatst in de categorie: eenzaamheid