Helende
op ongeaarde voeten ga ik
roerloos door de doffe dagen
vergeefse vragen verlaten
mijn handen in zinnen zonder eind
als schrijnen gestapeld in vochtige hoeken
ik boek voeling zonder doel
tot een beladen verleden verkeken is
bewust van een verzengend gemis
keer ik af van vlakke paden
en loop te hoop
naar noordelijk licht
is daar de leemte weggebrand
hervind ik toom
en land
Geplaatst in de categorie: eenzaamheid